Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo zegt de HEERE, de God Israels: [5]Gelijk die goede vijgen, alzo zal Ik [6]kennen de [7]gevankelijk weggevoerden van Juda, die Ik uit deze plaats naar het land der Chaldeen heb weggeschikt, [8]ten goede. 5. Sommigen vullen deze woorden aldus aan: Gelijk deze vijgen [goed zijn]; of gelijk [gij] deze goede vijgen [kent], enz. Alzo vs.8. 6. Voor aangenaam houden, zorg voor hen dragen. Zie Ps.1:6. 7. Hebreeuws, gevankelijke wegvoering, vervoering, vervaring. Gelijk elders dikwijls. 8. Deze woorden kunnen in een goeden zin gevoegd worden bij het woord kennen, of bij het woord weggeschikt; want God kent de zijnen ten goede, en Hij had de zijnen [die Hij onder de gevangenen had] tot hun best verzonden en gekastijd, zullende daaruit zijne kerk nog weder oprichten en bouwen, gelijk volgt.